Kees Rijken werd in 1908 geboren als zoon van een havenarbeider. Ik ontmoette hem in 1984 in Hillesluis, waar ik stage liep als jeugdwelzijnswerker. Hoe ik bij hem terecht kwam, en of die ontmoeting bij hem thuis of in het buurthuis plaatsvond, weet ik niet meer. Wel herinner ik me dat ik gefascineerd was door de politieke collages die hij maakte. Veel zwart-wit afbeeldingen met daarop mensenmassa’s die onderdrukt werden door het kapitaal, over de dreiging van kernwapens. Hij noemde zichzelf een arbeiderskunstenaar.
Toen we vorige maand met de Stichting Rotterdam Vertelt bezig waren met de samenstelling van een programma over politiek, moest ik weer aan Kees Rijken denken. Ik was zijn naam vergeten, maar kreeg gelukkig het boek 'Rood Rotterdam in de jaren dertig' onder ogen. Daarin komen linkse kopstukken uit het interbellum aan het woord en Rijken is een van hen.
De jaren dertig
'Rood Rotterdam' is een uitgave van de inmiddels verdwenen krakersuitgeverij Raket en de interviews zijn gemaakt door een collectief. Het is niet duidelijk wie daar deel van uitmaakten. Aan de hand van een aantal thema’s (wonen, werken, politiek leven, antifascisme acties en Spanjeacties) komen er in het boek socialisten, communisten en anarchisten uit de jaren dertig aan het woord. Rijken vertelt onder andere over huurstakingen en onderkruipers, over de steun (en hoe hij controlerende ambtenaren bijna zijn huis uitsloeg), over de werkverschaffing. Hij haalt Marx aan, die al zei dat de ontwikkeling van het kapitalisme z’n eigen graf graaft: het brengt arbeiders bij elkaar die zich in dezelfde slechte situatie bevinden. Daardoor vormen ze vanzelf een machtsfactor. Zelfs als ze werkloos waren. Een citaat:
Er stempelden tweeduizend mensen aan zo’n stempellokaal, elke dag weer opnieuw. Het waren altijd dezelfden en je kende elkaar. Je wist: dat is een fascist, dat is een katholiek enzovoort. Ik stond een keer in het stempellokaal met Geert van Oorschot, de schrijver, hij was van de OSP (Onafhankelijke Socialistiese Partij). We stonden te diskussiĆ«ren en het schuim stond op z’n bakkes. Afijn, een grote ploeg volk erom heen. En daar komt die politieagent aan: “Jij altijd Rijken, jij altijd met dat gelazer, dat sombere over daar komt de oorlog. Jij staat hier de mensen maar wat wijs te maken. Donder op!” Die ploeg werd uit elkaar geslagen. Laat nou die vent het eerste slachtoffer zijn van de Duitsers op de Koninginnebrug. Hij hielde die Duitsers met zijn revolver tegen, toen ze daar uit de Maas kwamen, in mei 1940. Dat is godverdomme wat. (Rood Rotterdam, 83-85)
Kees Rijken was zijn leven lang actief als socialist, anarchist, communist en vakbondsman. Zijn archief wordt bewaard bij het IISG. Daar vind ik zelfs een aantal foto’s, een er van roept een vage herinnering aan hem op. Het boek 'Rood Rotterdam' is integraal op de website Onvoltooid Verleden terug te vinden.
Marc: Rijken, Kees.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten