Tijdens onze vakantie deze zomer in Portugal kwamen we
terecht op de camping van São Jacinto, op het schiereiland dat voor de kust van
Aveiro ligt. Het meest opvallend van deze eenvoudige camping waren zes
pastelkleurige huisjes die meteen associaties opriepen met de jaren vijftig en
zestig. De beheerder van de camping vertelde ons dat de camping zestig jaar oud
is en de huisjes vijftig jaar.
Oudste camping
Omdat mijn grootouders niet kampeerden en mijn ouders pas na
de oorlog oud genoeg waren om er zelfstandig op uit te trekken, heb ik altijd
gedacht dat recreatief kamperen pas ontstond aan het eind van de jaren veertig,
maar deze vorm van vakantie vieren is al bijna een eeuw oud. In Bakkum gaf de Duitse prinses
Von Wied in 1914 toestemming aan een aantal mensen om hun tent op te slaan op
haar landgoed. In 1920 verleenden de Provinciale
Staten van Noord-Holland, die het domein inmiddels beheerden, een vergunning aan
elf dames en negen heren om enige tijd op het landgoed te kamperen. Camping Bakkum
claimt de oudste camping van ons land te zijn. Op deze website staan verhalen
over geschiedenis van de camping.
Rotterdam aan zee
Een heel mooi inkijkje in de vroege jaren van het kamperen
geeft het onlangs uitgekomen boek ‘De houten kampeerstad van Rotterdam aan
zee’, waarin Mario Bruijns de geschiedenis van de camping van Hoek van Holland
beschrijft. Deze begint in april 1921 als de gemeente Rotterdam de exploitatie
van het strand van Hoek van Holland op zich neemt. Mensen mogen een tentje
opzetten in het duingebied bij het Stille strand, mits ze een vergunning
aanvragen bij de politie. De kampeerders krijgen een plaatsje toegewezen door
een agent. Een deel van het terrein - van een camping wordt nog niet gesproken -
ligt op het weiland van boer Tukker, zodat er regelmatig een grazende koe ronddwaalt
tussen de tenten. Het terrein wordt daarom afgezet met prikkeldraad. Twee keer
per week komt een agent langs met water dat de kampeerders tegen betaling af
kunnen nemen.
In 1924 gaat het goed met de economie en trekken steeds meer
Rotterdammers naar Hoek van Holland. Het terrein wordt steeds meer een echt
kampeerterrein met waterkranen, toiletten èn een politiepost. In augustus 1925
staan er al 350 tenten. De meeste kampeerders naaien hun tenten zelf van
watervast linnen. Ze slapen op strozakken of op los stro met een deken erover.
Al snel verschijnen de eerste houten huisjes en tegenwoordig
is de camping inderdaad een houten stad aan zee. In dit item van RTV-Rijnmond wordt de oudste bewoonster van Rotterdam aan zee geinterviewd.
‘De houten kampeerstad van Rotterdam aan zee’ staat vol
prachtige kampeerfoto’s, is een uitgave van uitgeverij Ad. Donker en kost € 19,50.